Brons- en IJzertijd

Uit Voorouders
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

De brons- en ijzertijd duurt van 3500 BC tot 200 AD. De grotere beschavingen maken het mogelijk dat er arbeidsspecialisatie wordt toegepast, de voedselvoorziening is beter geregeld en stabieler. Er blijven daarnaast echter ook nomadische samenlevingen bestaan, die minder voedselzekerheid hebben, en soms op plundering gaan. De steden krijgen stadmuren, er komt een leger, dat militair wordt uitgerust, met wapens van brons en later ijzer.

De zwervende en plunderende volken blijven nog lang bestaan en hebben soms grote impact op de wereld, de Vandalen in ca. 400, de Hunnen in ca 400, de Mongolen in ca 1200.

De brons- en ijzertijd begonnen en eindigide niet overal tegelijk. Rond 3000 BC ontstaan de eerste stedelijke beschavingen, die leren koper en later brons te bewerken. 1000 jaar later is koper gemeengoed, en ca. 1000 BC begint in Griekenland en Bulgarije het gebruik van ijzer.

In de eeuwen die volgen wordt het gebruik van ijzer gemeengoed in heel Europa. De IJzertijd eindigt voor een groot deel van Europa met de inlijving bij het Romeinse Rijk.

Hans van den Bosch vertelt het verhaal van de Galliërs. We denken dan meteen aan Frankrijk, maar dat ligt genuanceerder:

het gebied bezet tussen de Rijn, de Alpen, de Middellandse zee, de Pyreneeën, de Atlantische oceaan en de twee grote eilanden ten westen van het Europese continent. Het grootste eiland werd Alb-in genoemd dat wordt vertaald met “Wit eiland”. Het andere eiland noemde men Er-in , hetgeen Westereiland betekent. Het gebied op het vasteland noemde men Galltachei wat zich laat vertalen als Land der Galliërs.

Alba is een oude naam voor Engeland, en Julius Caesar ... iets met witte (krijt)rotsen waarschijnlijk. Erin, Eirin, Ireland. Er wonen Bretonen in (klein) Bretagne en in (Groot) Britanië. Hans verteld verder hoe de Gallische volkern het Iberisch schiereiland in trokken en langs de Middelandse zee Italië bereikt, hoe de Etrusken opkwamen, hoe Rome voordat het een wereldrijk was werd ingenomen door de Galliërs, en nog veel meer.

De Lage Landen

De kustgebieden in onze contreien waren onbewoonbaar. Rond 2000 BC ontstaat een duinenrij, met daarachter veengebied: onbewoonbaar moeras. Alleen op de hogere zandgronden wonen mensen. Wanneer dan de zee ter hoogte van Texel door de duinenrij heen breekt en het veen wegspoelt, en ook nog eens een kleilaag achter laat is letterlijk de basis gelegd. Het IJsselmeer is dan nog het Almere, een binnenzee, en Friesland en het huidige West-Friesland/Noord-Holland zijn nog aan elkaar verbonden. Rond 500 BC ontstaat dan in Friesland het terpenlandschap en begint de kolonialisatie van de kleigebieden achter de duinen. Er ontstaat een proto-Friese cultuur, die in de eerste eeuw voor Christus door de Romeinen beschreven zal worden.